dinsdag 19 juni 2012

Het Verzorgingstehuis

Vandaag een minder leuke klus. Een piano stemmen in een bejaardenverzorgingstehuis.
Gelukkig weet ik waar de piano staat, omdat ik er al eerder ben geweest. Anders heb je  kans dat je bij de receptie een kwartier moet wachten op diegene die weet waar het te stemmen instrument zich bevindt.
Ik heb zelfs een keer meegemaakt, dat de receptioniste, nadat ik me kenbaar had gemaakt als de pianostemmer, in de lach schoot en zei "Die verzorgen wij hier niet; alleen dove mensen en mensen met gehoorapparaten" Je kunt je dan gaan afvragen of het überhaupt wel zin heeft voor een dergelijk publiek een piano te stemmen.
Het grootste probleem in dit soort instellingen is het lawaai. Meestal staat het instrument in een soort van gemeenschappelijke zaal of "huiskamer".
Een tafeltje met zes oude dametjes naast je, druk kwebbelend met hun klapperende kunstgebitten is geen fijn gezelschap voor een stemmer die vooral stilte nodig heeft. En als de bewoners er niet zijn, dan is het wel het personeel dat op lawaaierige wijze met rinkelend horeca -servies, alle tafels gaat dekken. En niet te vergeten met stoelen gaat schuiven.
Gelukkig was dit vandaag niet het geval, en bleken er alleen wat somber kijkende maar verder zwijgende oudjes in de buurt van de piano om een tafeltje geschaard te zijn.
Verder was het stil, en daarom besloot ik maar snel te beginnen zolang de situatie dat toeliet.
De stemming onder de oudjes was echter niet vrolijk. Een oudere dame, ik schat beginnend dementerend, keek één van de andere oudjes steeds strak aan en schold haar om de paar minuten uit voor "kutwijf".
De ander reageerde daarop met "Ze is altijd al gek geweest haar hele leven lang" of iets dergelijks.
Ook zat één van de oudjes te slapen met een dekentje over zich heen. Hoewel de stemming niet al te monter was, "kutwijf" klonk het weer, en het slapende vrouwtje met het dekentje steeds harder begon te snurken,
waren de "stemomstandigheden" nog redelijk. Toen ik ongeveer de helft van de piano gestemd had,
En het " kutwijf" een  keer of tien geklonken had, werd de stemming toch iets grimmiger. De uitgescholden vrouw antwoordde niet meer, maar keek dreigend terug in de richting van van de scheldster. En begon daarbij de  naast haar staande rollator driftig heen en weer te bewegen. Wat ze precies deed, wist ik niet, daar ik al stemmend met mijn rug naar het gezelschap toe zat. Nadat het "kutwijf" nogmaals hard en scherp door de ruimte had geklonken, hoorde ik achter mij geluiden die niet veel goeds voorspelde. Ik draaide me om, en kon nog net voorkomen dat het uitgescholden oudje de scheldende bejaarde met haar rollator te lijf ging.
Normaal bemoei ik me niet met vechtpartijen, maar gezien mijn  duidelijke  fysieke overmacht, durfde ik een poging te wagen mij tussen de vechtenden te posteren. Zonder veel omhaal van woorden staakten de twee vrouwtjes hun vijandigheden, alsof dit dagelijkse routine was.
Wel was een verpleegster gealarmeerd, die kordaat besloot iets met de oudjes te gaan doen in een aangrenzende handarbeid lokaaltje. Ze maande alle oudjes hier naartoe te gaan en trok het dekentje van de vrouw af die nog steeds sliep. Deze werd langzaam wakker door de plotselinge kou op haar buik en benen.
Ik stelde mij voor dat ze langzaam besefte waar ze was, en wat er was gebeurd. Ze besefte dat ze in een verschrikkelijk tehuis was, waar geen ontsnappen mogelijk was, en haar enig waardevolle bezit, haar dekentje was, waar ze, als het niet van haar afgenomen werd, heerlijk onder kon slapen.
Paniekerig riep ze dan ook uit "waar is mijn dekentje" Het antwoord kwam even hard en onhebbelijk van de vrouw die al de hele tijd "kutwijf" had geroepen: "Je mag je dekentje niet, want je mag niet slapen"
De lust en noodzaak om deze piano nog te stemmen, ontbraken mij.















zondag 3 juni 2012

De familie vermeulen

Vandaag naar de heer en mevrouw Vermeulen te A.
Aangekomen bij het adres, bleken alle ramen en gordijnen gesloten.
Ze zullen toch wel thuis zijn, dacht ik. 
maar gelukkig, na enkele keren te hebben aangebeld werd open gedaan.
Een morsige man met vlekken op overhemd en broek, heette mij welkom.
Het bleek de heer Vermeulen te zijn, die mij voorstelde aan zijn slonzige vrouw.
Deze vrouw gekleed in een kamerjas zag eruit alsof ze al maanden geen douche had gezien.
De bedompte lucht in huis die nog het meest leek op die van een vochtige schimmelkelder, onderstreepte mijn vermoeden, dat dit paar het met de persoonlijke hygiëne niet zo nauw nam.
"Daar staat ie" sprak de man wijzend op een oude Lindberg die zo onder het stof en de viezigheid zat, dat ik hem nauwelijks herkende als zijnde een bruikbaar toetsinstrument.
"Eerst maar eens kijken" sprak ik. Voor mij zelf de optie van een onmiddellijk vertrek nog even open houdend.
Wat opviel is dat alle toetsen zanderig en groezelig aanvoelden. Voor de rest, afgezien van de viezigheid, leek mij het instrument nog goed stembaar. Ondanks het beperkte licht, daar alle gordijnen gesloten waren, besloot ik aan de slag te gaan, terwijl het paar als twee  verzwakte vogeltjes in een dierenopvang vanaf de bank naar mij keken."Koffie?" vroeg de vrouw . Ik moest er niet aan denken in dit huis iets te moeten nuttigen. Ik zag het vieze kopje al voor me, en bedacht hoe ranzig en zanderig die koffie moest smaken.
Ik haastte me dan ook dit aanbod af te slaan met een misschien iets te snel en geschrokken "nee dank u".
Om de sfeer weer een beetje te normaliseren na mijn weigering van de aangeboden drank, vroeg ik hoe het kwam dat de toetsen zo zanderig aanvoelden. "Ik maak namelijk homeopathisch schoon" sprak de man en voegde eraan toe of ik wist wat homeopathie inhield. Ik zei dat ik dat wel ongeveer wist, maar niet begreep hoe je dan op die manier kon schoonmaken. "Ik bestrijd vuil met vuil" sprak de man. Hoe doet u dat dan precies, vroeg ik, terwijl ik al een vermoeden begon te krijgen. Ik neem een emmertje, doe daar wat water in en een paar flinke klodders modder uit de tuin. Die meng ik dan goed en daarmee maak ik de piano en het hele huis "schoon" Vuil met vuil bestrijden is dat ; echt homeopathisch. Goed rondkijkend zag ik dat alle meubels gronderig waren . Ook ontdekte ik, dat mijn broek waar ik mee op het krukje gezeten had, helemaal zwart was. Hoe moet ik dat straks uitleggen aan de volgende klant. Een poetsziek vrouwtje in een totaal afneembaar huis. Ik besloot maar snel door te gaan met stemmen, zodat ik dit gekkenhuis kon verlaten. "Hoe lang bent u al pianostemmer?" vroeg de man. Ik antwoordde dat ik dit werk al 25 jaar deed.
"Dat is ook toevallig" sprak de man "Ik ben al 25 jaar manisch-depressief" Ja dat is toevallig, antwoordde ik, terwijl ik naar mogelijkheden zocht om hier zo snel mogelijk vandaan te komen. "Weet u wat dat inhoud? manisch-depressief?. Het leek mij beter om te zeggen dat ik dat niet wist. Dat is onder andere, sprak de man, dat je als je tegengesproken wordt, je of agressief of suïcidaal wordt. Ik was het daarna met alles wat deze man beweerde hartgrondig eens, heb de piano snel gestemd, heb nog het zanderig aanvoelende geld aangepakt,  En ben gauw naar huis gegaan om te verkleden en te douchen.
Op naar de volgende klant.